Drie zussen. Vroeger zagen we er ongeveer zo uit. Staartjes en blij. Bij de ene is het staartje al lang verdwenen. Soms verdween de lach voor heel even om later toch weer terug te komen. Zussen: je hebt ze niet voor het uitkiezen maar had ik dat mogen doen, dan had ik deze gekozen.
Deze week zaten we met z’n allen met partners aan tafel voor de familiepoker. Nu is pokeren een groot woord. Zwager 1 is er bedreven in maar heeft geleerd zich aan te passen aan familiepoker. Want beginnen we steevast met de woorden: ‘laten we niet teveel kletsen maar kaarten’, we weten allemaal dat het dat niet gaat worden. We kletsen wat af, zussen en ik. Er is geen groep waarmee ik me zo vertrouwd voel als deze groep aan tafel: familie.
Bejaard en bedaard?
Bejaard en bedaard zijn we nog niet. We lopen allemaal nog rond met plannen voor nu en in de toekomst. Ik ken mijn zusjes nu zestig jaar. Zestig jaar, dat is een hele tijd om iemand te leren kennen en ik vrees dat ze mij ook goed kennen. Ik kan ontroerd raken door een oogopslag van de ene of het optrekken van de neusvleugel van de ander. Want die oogopslag ken ik. Die trillende neusvleugel betekent iets. Elk gebaar, elk onuitgesproken woord kan ik bijna zien en horen. We weten precies wat de ander kan waarderen en wat juist niet. En we weten niet alles van elkaar en dat is maar goed ook. We weten genoeg om elkaar in de gaten te kunnen houden als dat nodig is. Zusterliefde is oneindig groot en waardevol.
Familiegeschiedenis
We delen dezelfde ouders, we delen verhalen van vroeger, herinneringen al dan niet gekleurd met eigen plaatjes en praatjes. We kunnen nog giechelen als schoolmeisjes van toen en doen dat ook regelmatig. Soms word ik overvallen door een gevoel van dankbaarheid. Voor mijn zussen, mijn broer en hun partners. Zij zijn mijn beste vrienden.
1 reactie
Ik wilde je blog liken omdat het zo herkenbaar is wat je schrijft. Maar mijn likeknop wil heel vaak niet wat ik wil en dat is nu ook het geval. Vandaar toch maar even een reactie in woorden.