Het waait. Hard. Na het eten is het ineens donker. De regen klettert zo hard tegen de ramen dat we de volume van de televisie harder zetten. De hond wil niet uit behalve als we hem een kluifje geven en wij zitten binnen wetend dat het heus weer een keer zomer wordt. ‘Schrijf eens wat vrolijks’, zeg je. ‘Heb ik net gedaan’, zeg ik.