Gisteravond ging ik met (ex)collega’s uit eten. Leuk om elkaar weer te zien en bij te kletsen. Het grote restaurant waar we gereserveerd hebben voor de ‘first shift’ oogt leuk. Er staan enthousiaste jonge mensen ons huppelend op te wachten. Elke keer verschijnt er weer een ander blij mens aan tafel. Maar we wachten nog op een collega dus we kunnen nog niet bestellen. Dat dat van onze eigen tijd afgaat, is wel duidelijk.
We hebben trek en speuren op de rubberen menukaarten naar een smeerseltje. Dat hebben ze niet. Maar, suggereren ze, dan neem je toch gewoon wat ‘street bites’. Dat doen we.
Later vertellen ze aan tafel dat we beter een verrassingsmenu kunnen nemen, dat doen ze vaak met groepen. Natuurlijk kun je ook afzonderlijk bestellen maar ze werken met twee keukens en ze kunnen echt niet garanderen dat we dan op hetzelfde moment ons eten krijgen. We kunnen wel kiezen uit twee, drie of vier gangen.
Hier gaan mijn stekels al omhoog. Een groep van dertig… oké, dat is lastig. Maar zeven mensen aan één tafel, daar draait een beetje keuken toch zijn hand niet voor om? (Laat staan twee).
Maar we (ik) doe niet moeilijk. We bestellen 2 gangen.
Ojee, het volgende probleem. Die street bites waren eigenlijk de eerste gang. Maar die hebben we al gehad. Dan moeten we het drie gangen menu nemen, dan krijgen we soep.
‘Ik wil geen soep. Geef mij dan nog maar die loempiaatjes’, zeg ik.
Het meisje zucht. ‘Dat kan niet, dat kan niet in het systeem’.
‘Ik heb echt geen zin in soep’, zeg ik.
‘Ik ga overleggen’. Ze loopt weg en even later zie ik haar met vier collega’s smoezen en kijken naar die lastige tafel van zeven. Met een gelukzalige glimlach komt ze terug. ‘Het mag’.
Het geroezemoes in het restaurant is zo overweldigend dat alleen één op één gesprekken mogelijk zijn. Alsof we met z’n allen onder water dineren en belletjes blazen. Ook de bediening verstaan we niet. Als iemand ons komt uitleggen wat er op tafel staat, kijken we allemaal met een wazige blik naar de kant waar een stem vandaan komt. Gelukkig vertaalt een eigen collega later aan ons wat er gezegd is.
Om even voor achten komt een meisje vertellen dat we nog een kwartier hebben: ‘shift twee staat klaar’. Dus als we nog koffie willen of zo… ‘Ik ga eerst afruimen hoor, dus denk er maar even over na’. Heel shift twee zien we niet staan maar we besluiten elders koffie te nuttigen.
Als we weggaan worden we, net zoals bij binnenkomt, enthousiast uitgezwaaid. Het concept is helder.