De Horeca heeft twee jaar uitstel gekregen voordat de rookruimtes definitief gesloten moeten worden. Staatssecretaris Paul Blokhuis verklaart de oorlog tegen roken. ‘Ik ben een vredelievend persoon, maar we gaan de oorlog verklaren tegen roken. Want laten we wel zijn: je zit jezelf gewoon te vergiftigen. In ons jargon: je zit gewoon de tempel van de Geest uit te roken. Dat moeten we niet willen.’
En elke keer als ik dit soort berichten hoor, weet ik het niet zo goed. Ik vind van alles, denk van alles, maar ja, ik ben nog steeds een halve roker, dus in hoeverre preek ik voor eigen parochie? Mijn ‘halve roker zijn’ heeft te maken dat ik al jaren geen sigaret meer aanraak maar wel met volle teugen geniet van mijn elektronische nicotineblazer: de e-sigaret.
Roken is slecht. O ja?
Dat roken slecht is weten we nu allemaal wel. Gisteren in Pauw ging het er over. Daar zat Tom Voeten van Clean Air Now die in discussie trad met een horeca-ondernemer die voor 65.000 euro een rookruimte heeft laten bouwen en dat moet afbreken. De ‘cleane’ houding van Voeten bezorgt mij rillingen. Het rigide wegwuiven van alle tegenargumenten, het benepen mondje. Om het juridisch wat beter neer te zetten is nu vastgelegd dat een rookruimte extra druk legt op niet rokende jongeren. Omdat zij zich toch willen voegen bij hun rookvrienden.
Niet waar
En dat is gewoon niet waar. Zelfs een roker gaat niet voor zijn eigen lol in een rookruimte staan waar je als een paria wordt aangestaard door de weldenkende ‘betere’ medemens aan de andere kant van het glas. Waar je elkaar beschaamd begroet omdat je nog bijna net niet uitgekotst wordt door regelnichten als Voeten.
Jongeren
Jongeren roken weer volop. En natuurlijk wil je niet dat jouw kind gaat roken want roken bekent dikwijls: dood. Je wilt ook niet dat je kind geblinddoekt op een scooter gaat rijden. Dat begrijp ik heel goed. Maar we maken nu van een groep mensen die eerder toch als heel normaal werd ervaren, een groep dombo’s, no-no’s, paria’s, misdadigers. En dat is niet terecht. Verslaafden zijn niet het mindere soort mensen, het zijn mensen die gevoelig blijken voor een ziekte die verslaving heet. Een ziekte die eeuwen lang mocht bestaan omdat ‘men’ er goed van kon leven: de belastingdienst, de producenten, de sigarenwinkels, ja zelfs de gezondheidszorg.
Als ik kijk wat er de afgelopen jaren al is veranderd, dan is dat goed. Geleidelijk aan is het beeld van ‘roken is gewoon’ omgeslagen in ‘roken is niet gewoon’. Je kunt je bijna niet meer voorstellen dat je in treinen en vliegtuigen gewoon kon roken, of achter je bureau of voor de klas. Dat doen we niet meer en dat voelt voor iedereen heel gewoon.
Ik zou nog uren door kunnen tikken maar uiteindelijk komt het er op neer dat ik moe wordt van mensen die mij gaan vertellen hoe ik moet en mag leven. Want hoeveel rookgordijnen hangen er niet om ernstigere zaken dan roken? We worden van ons wieg tot aan het graf gemanipuleerd en toch blijven we denken dat we vrij zijn. Er wordt gemoord, verkracht en er worden onzinnige oorlogen gevoerd. Er worden kinderen mishandeld en misbruikt.
Mens
Ik denk dat ‘roken’ vanzelf verdwijnt maar ik maak me geen illusie. Er komt ongetwijfeld weer iets anders op de markt waarmee we onszelf en de ander kunnen vernietigen. Omdat we mensen zijn en zoeken naar antwoorden op vragen waar geen antwoorden op te vinden zijn. Omdat we een staat van bewustzijn willen bereiken die in normale doen niet te bereiken is. Omdat we even weg willen uit het gewone leven dat soms ondraaglijk lijkt. Omdat er leven is en dood en we nog steeds niet weten waarom dat zo is of zou moeten zijn.
1 reactie
Ik las een stukje over twee caféhouders, die vrezen voor overlast in de buurt. De rokers zitten nu genoeglijk binnen en staan straks op straat op een waarschijnlijk alcoholisch decibellen niveau te praten. Waarom rokers (en diesels) aanpakken,als er zoveel ongezond is