in de muren van het portiek staan
onze namen in de muur gekrast
paardenstaarten, kusjes, korte rok
de jongen op de derde tree
bietengeur vermengd met de schrale lucht
van oude mensen
het peertje aan het plafond, niet genoeg licht
om thuis te komen
de trapleuning van ijzer voelt koud
honderd kinderhanden kleven aan
ontelbare voetstappen van jongens
meisjes, ieder rennend
om altijd ergens op tijd te komen
en binnen de lucht
van thuis