Vanmorgen stond (veel te vroeg) J. voor de deur. Toen zij later wegging werd ze opgewacht door twee eenden. Ik ken deze eenden. Elke voorjaar gaan ze met z’n tweetjes aan de wandel. Het mannetje en vrouwtje op zoek naar, ja naar wat? Een plek om de dag door te brengen, voedsel, gezelschap, ik weet het niet. Nog geen minuut later strijken ze neer op het schuurtje. Vorig jaar tikten ze tegen het raam. Daar is het nu nog te vroeg voor.