Al zouden we het willen, we kunnen het niet eens. Het zit niet in onze genen.
Deze weken hebben we natuurlijk de Grieken gehoord over hoe moeilijk het nu voor ze is. Hoeveel minder toeristen er komen omdat ze bang zijn dat hun euro in drachma’s verandert en niets meer waard lijkt te zijn. Terwijl de Grieken het van toerisme moeten hebben, zeker op de eilanden. De Grieken die wij hier ontmoeten op de diverse tavernes zijn reuze vriendelijk en aardig. Ze werken lange dagen en hoewel we de jongens en meisjes zat worden die ons hun fantastische cruises proberen te verkopen, ze doen het wel van s’morgens vroeg tot in de nacht. Hun eiland is de komende maanden een kolkende, dampende vulkaan van schreeuwerige, welgestelde vakantiegangers die de bloemetjes buiten komen zetten. En daarna, als iedereen weg is, is het stil op het eiland, heel stil en koud en regenachtig.
Ook zien we Grieken werken, dat wil zeggen, eentje boort een gat en vier Grieken staan te kijken of het lukt. En, wonder boven wonder, na twee weken zie je iets van een huis ontstaan met prachtige vloeren en muren. Ze kunnen het dus wel, ze doen het gewoon anders. Terwijl wij volgende week weer rennen en vliegen, agenda’s bijhouden, moe worden van alles wat moet, doen zij het volgende week precies hetzelfde als anders.
Ik stel voor om voor één dag de euro af te schaffen en de Grieken in drachma’s hun schulden af te laten betalen. Geen vijftien miljard euro’s, maar vijftien miljard drachma’s en dan opnieuw beginnen met haalbare afspraken en met een haalbare horizon. Van een kale kip kun je niet plukken maar we kunnen er wel veel van leren: soms zijn al die veren helemaal niet nodig. Op welke plek dan ook.