Vanmorgen, het is nog donker, sta ik bij de tramhalte te wachten. Tegenover de tramhalte is een café. De kerstlampjes buiten hangen nog langs de gevel en geven een groene glans aan de omgeving. Naast café, doet de horecagelegenheid ook denken aan de ouderwetse Haagse koffietent. Ik wist nooit dat alleen Den Haag DE koffietenten had. Voor mij was dat zo normaal.
Dit café wordt ook iedere ochtend bezocht door vaste gasten. Ze komen aanrijden in hun transitbusjes, werklui, buitenlui, arbeiders die een bakkie gaan doen voor de dag begint.
Plotseling zie ik mezelf weer zitten in de koffietent op de Guntersteinweg in Den Haag. Elf was ik en samen met mijn vader ging ik dat vreemde koffiehuis binnen. Mijn vader was melkboer en soms ging ik een dagje mee. Om langs de deuren te gaan met de grote bel die ik in de portieken mocht rinkelen. En trappen op en af mocht rennen voor mevrouwen die toch nog iets vergeten waren, toch nog wel een halfje melk wilden en als je dan boven was, liever volle melk, karnemelk, andere melk wilde dan dat jij bij je had. Arme vader. Wat een trappen heeft hij gelopen in zijn leven. Wat een baan.
Maar goed, de koffietent, dat had iets magisch. Een geheimzinnige wereld met mensen die ik niet kende. Mensen die plat haags spraken, lachten, grapjes maakte en die elkaar bij de voornaam noemde. Dat ik hun mijn vader Ben hoorde noemen, vond ik bijna ongepast. Ik was er verlegen maar mijn vader was er. Kocht een roze koek voor me, chocomelk en een rolletje rang. ‘Voor onderweg’, zei hij dan.
Mijn vader de melkboer. Zijn kar en later de bus altijd vol met van alles. Steeds meer en diverser om de boel draaiende te houden. Panty’s verkocht hij zelfs. Naast de bakjes chipolatapudding. Het heeft niet geholpen. Zoals elke kleine zelfstandige in die tijd redde hij het niet. De concurrentie met de grote jongens zoals de Komnar, was te veel gevraagd. Hoe hard hij ook werkte… zij waren goedkoper.
Maar soms denk ik toch met plezier terug aan die tijd. Mijn vader, de toetjesman.
3 reacties
Wat een mooie herinnering.Van 1955(mijn geboorte jaar) tot 1966 woonde ik tegenover deze koffietent. Een schepijsje van 1 bol voor een duppie .de vrachtwagens met betonmolen draaiend voor de deur terwijl de chauffeur zijn ochtendkoffie dronk.Aan de deur kwamen de bakker en de MELKBOER.dat was dan misschien uw vader.Ik heb geen herinnering aan hem maar wel aan de kar waar ik een wit geemailleerd emmertje moest brengen om te laten vullen waarmee ik dan naar de bovenste etage liep,heel voorzichtig om niet te morsen. Andere tijd , mooie tijd voor mij als kind.Dit weekend ben ik met mijn man nog eens wezen kijken en tot mijn verbazing was alles nog precies als in mijn herinnering .Een mooi ruim opgezette wijk met veel groen.Alleen de koffietent is groter geworden. Margreet.
Prachtige beschouwingen heb jij zo ’s-morgens vroeg.
Je verhaal van vandaag doet me denken aan:
Het Gelijk (op z’n haags) van de Koffietent. door Harry Jekkers
youtube.com/watch?v=Rbd0XTgTco0
Misschien was je er die ochtend bij?.
Mijn vader “De Toetjesman” : ook mooi!
Prachtige beschouwingen heb jij zo ’s-morgens vroeg.
Je verhaal van vandaag doet me denken aan:
Het Gelijk (op z’n haags) van de Koffietent. door Harry Jekkers.
http://www.youtube.com/watch?v=Rbd0XTgTco0
Misschien was je er die ochtend bij?.
Mijn vader “De Toetjesman” : ook mooi!