Soms dringt het ineens tot je door. Zomaar, zonder dat je je ergens van bewust bent, kijk je een ruimte rond en denk je, ‘goh, ik ben eigenlijk wel een heel stuk ouder dan de algemene deler hier.
Dat was gisteren zo, tijdens een reorganisatiebijeenkomst van het werk. In de beroepsgroep waarvan ik sinds een paar jaar onderdeel uitmaak, communicatie, zie je toch vooral veel vrouwen, jonge vrouwen, die allemaal wat voor (willen) stellen. Ik luister naar het verhaal en hoor dingen als: ‘het is ook een kans’, en ‘nieuwe deuren die open gaan’. Ik word zowaar enthousiast. Er komt een opleidingenplan, zodat we samen aan de standaard gaan voldoen. En dan floept die gedachte naar binnen… ga ik dan ook nog een opleiding doen, zitten diensten nog te wachten op een vrouw van mijn leeftijd… Er wordt gesproken over ‘lab’. Een plek om te onderzoeken, nieuwe sociale media, maar zullen zij weten dat ik ook van de nieuwe sociale media ben? Dat ik ze nog allemaal heel goed op een rijtje heb?
En zo niet, hoe laat ik dan van me horen?
Ik word vanmorgen somber wakker. Het is ook geen goed idee om binnenfloepende gedachten zo veel ruimte te geven. Onder het mom van ‘ik zie het allemaal wel’, wordt er flink aan mijn wortels geschud. Ik hoor niet bij de groep die zegt, ‘ik laat het allemaal maar gebeuren’ of ‘het zal mijn tijd wel duren’. Het zal mijn tijd inderdaad duren maar wel op zo’n manier dat ik gewoon mee blijf doen.
Ophouden met die zelfkastijding. Dat is mijn voornemen voor het nieuwe jaar. Ik zal me blijven ontwikkelen, leren, nieuwe dingen doen, plezier hebben en mooie dingen schrijven. Ik ga weer geloven in mezelf.