Wij hadden het allemaal zo mooi bedacht. We gingen in mei heerlijk op zon-vakantie om dan terug, vanzelf door te gaan met onze Nederlandse zomer. Van juni tot en met september hadden we gedacht. Van Navagiobeach tot strand Kijkduin. Scheveningen voor mijn part.
We hadden het mis. Het wil maar niet zomeren. Af en toe een dagje dat we bekopen met donder en bliksem. Zomer in Nederland is voor mij pas begonnen als ik, zeg, 2 dagen achtereen zonder jas naar mijn werk kan fietsen. Als ik op de bank koele witte lakens leg om lekkerder te zitten. Als ik ’s morgens al de zonwering naar beneden doe om de warmte uit huis te houden. Als Bas hijgend zijn beschutting zoekt ergens in de schaduw. Als we het ’s avonds niet redden met twee flessen rosé. Als de lucht ruikt naar geroosterd spek van de buren. Als ik zin krijg om te dansen op de tere klanken van Astor Piazzolla omdat alleen warmte die pijn kan verdrijven. Als ik mijn teenslippers in huis draag. Als we slapen onder alleen een laken en elkaar los moeten laten want ’te warm’.
Juni kan ik zo langzaam aan vergeten. Maar ik ben een optimist. Van juli tot en met september is ook goed. En dan kunnen we altijd nog googlen op warmte elders in Europa van oktober tot november. En dan niet gaan maar er wel van dromen.