Gisteren werkte ik thuis en het contact met mijn collega’s loop dan via mail. Veel mail. Heel veel mail. Met één collega ging het aan het eind al lang niet meer om de zakelijke inhoud van de mail maar waren we vooral grappig. Omdat te onderstrepen, men zou het eens niet kunnen begrijpen, doen we daar dan een 🙂 bij of we zeggen: ‘hihihi’, zo van ik heb je grap gesnapt, of ‘hahaha’ zo van ik heb je grap gesnapt.
Ik schreef ook ineens ‘hihihi’. Om dertig seconden later mij te realiseren dat ik geen ‘hihihi’ ben.
Ik doe nooit ‘hihihi’, ik zeg nooit ‘hihihi’. Ik lach wel maar meer ‘hahaha’.
Dat mailde ik mijn collega en zij beaamde dat ik geen hihihitype ben. Zij wel, maar zij is ook het hahahatype. De boeiende vraag komt nu op: wanneer is zij hihihi en wanneer is zij hahaha.
Wat maakt iemand nu meer hihihi dan hahaha?
Ik doe een poging om het in ieder geval voor mezelf te verklaren.
Hihihi is meisje, is klein, is venijnig, is in je vuistje lachen, is ‘het mag eigenlijk niet maar ik doe het toch’.
Hahaha is groot, is stoer, is open, is minder spannend, is meer buitenkant, is meer jongen.
Wat vinden jullie? Zijn jullie van het hihihi of van het hahaha. Of sla ik de plank volledig mis hier met mijn huis-tuin-en keukenpsychologie. En wees eerlijk mannen, zeggen jullie ooit ‘hihihi’?
(en even voor mijn baas, we hebben deze tijd ingehaald).
2 reacties
Ben n ho ho ho, dus weet t niet zo goed.
ben ook een hahah soms wel whahaha-type, hihihi is wat meer gniffelen, uitlachen en als een man hihihi-t dan denk ik jakkes, wat vrouw-achtig