Vraag een zwaan nooit het zwanenmeer te dansen. Hij kan het niet. In water is hij heer en meester, van een ongelooflijke schoonheid en elegantie. Maar zonder water is hij verloren.
Zwanen ontroeren mij. Niet in de laatste plaats door hun keuze voor een vast partnerschap. Geen gedoe. Een zwaan doet mij geloven in een god. Alles is mooi: de ronde, gebogen vraagteken-nek zonder puntje eronder , de verenpracht, het imposante lijf. Maar het meest ontroert mij de zwaan die door het water glijdt. Met een souplesse en vanzelfsprekendheid van een oogstrelende schoonheid. Het is bijna ‘waterschrijden’ wat ze doen. Je ziet niets aan beweging, je ziet alleen een constante vorm van vooruit glijden, zonder horten of stoten.
Eend
Een eend zwemt ook, dat weet ik wel. Maar zo dicht onder het wateroppervlak zie je de klunzige pootjes bijna watertrappelen. De zwaan heeft dat beeld niet. De bovenwereld is een totaal andere dan de onderwereld die ik als kijker niet kan aanschouwen. Doe er dan wat zonlicht bij, een lichte waterrimpeling en mijn adem wordt ontnomen. Maar gisteren niet.
Oversteken
Lopend onderweg naar huis zie ik een zwanenstel oversteken. Van de ene sloot naar de andere. Hij was haar al voorgegaan en wachtte in het groen. Geen verkeer dus geen reden om te haasten. Met een waggelende lijf op flinterdunne poten stak zij de weg over. Geen zwanenstijl. Maar log, onbeholpen en droevig lelijk. Ze bewoog haar zware lijf van links naar rechts terwijl ze toch echt naar voren moest. Gênant. Niets bleef er over van koninklijke schoonheid en klasse waar ze doorgaans weinig moeite voor hoeft te doen. Hij wachtte geduldig op de vrouw, opgelucht ademend omdat hij de overtocht al gedaan had. Zonder publiek.
Pas in het water viel alle ellende van ze af. Konden ze de zwaartekracht het werk laten doen en zich laten dragen door de lakeien van het water. Wetend dat slechts één persoon gezien had dat gratie ook een prijs heeft.