Ik heb sinds een week of vier een elektrische fiets. Het is heerlijk maar… het is hard werken.
Feitelijk ben ik te jong om met een stalen gezicht te beweren dat ik zo’n fiets ‘nodig’ heb. Ik gebruik ze hoor, de ‘wel-waar-maar-toch’ smoesjes: ‘ik heb een slechte knie’, ‘het scheelt me heel veel tijd’, ‘ik beweegt toch, alleen sneller’.
Eigenlijk geneer ik me een beetje als iemand me voorbij ziet froetsen.
Op mijn gewone fiets had ik de gewoonte om iedereen in te willen halen, niemand voor me te willen, ‘ga uit de weg’. Vaak lukte dat, maar ook heel vaak niet.
Op deze fiets (een beetje van Maggi en een beetje van mezelf), is dat geen probleem maar iedereen merkt direct dat ik niet geheel op eigen kracht fiets en dat wil ik niet.
Ik heb er iets op gevonden.
Zo’n meter of vier voor mijn ‘vijandelijke voorganger’ zet ik hem uit want mijn fiets maakt een elektrisch geluidje dat niet te ontkennen valt. Het is een kwestie van timen want als ik het te snel doe moet ik op eigen kracht iemand voorbij en daar heb ik die fiets natuurlijk niet voor aangeschaft.
Dan haal ik iemand fluitend in en vijf meter er voorbij, gaat mijn fiets weer ‘aan’.
Wat blijft zijn de verbouwereerde gezichten van degenen die je inhaalt en een onnoemlijk groot genoegen dat ik daar in schep.
Als je dit doet moet je niet te vergeten je accu te verstoppen. Daar zijn dus die fietstassen voor met inkepingen waar die dingen inpassen. Als je dat zorgvuldig doet is er niets van te zien.
Het ontspannende van zo’n fiets ontgaat mij natuurlijk een beetje op deze manier maar dat komt wel, als ik ouder ben.
(bovenstaand verhaal is niet helemaal waar, maar het had het zo maar kunnen zijn, het feit dat ik het bedenk, zegt al heel veel natuurlijk.
Maar, wat geniet ik van deze manier van voortbewegen. Geen groter plezier, met een glimlach om mijn lippen onderweg! Ik voorspel dat heel veel mensen, ook jongeren, de komende jaren de elektrische fiets gaan ontdekken.)