Ik neem me voor om niet meer als een idioot naar mijn werk te fietsen maar rustig te trappen en om me heen te kijken. Voor anderen een peulenschil, voor mij een levensgrote opdracht. Altijd bezig met vooruit in plaats van met het moment. Voordat ik vertrek zeg ik Vriendin, die nog ligt te slapen, gedag en weet dat ik iets vergeet te zeggen.
Ik fiest rustig, laat de tram aan me voorbij gaan, zwaai in gedachten zelfs naar de bestuurder, en kijk om me heen. Wat is Den Haag groen. Al die bomen die nu volop groen staan te zijn, vol leven en zin. Ik zie schooltassen aan bezemstelen hangen van alle jong geslaagden in onze wereld en denk aan de schooltassen die er niet hangen. Aan een meisje of jongen die de deken over zich heen trekt omdat hij of zij nog een jaar moet. Dichter naar het centrum toe liggen de opengescheurde vuilniszakken waar meeuwen krijsend van plezier zich aan te goed doen. Wat erg als jouw vuilniszak met iets heel ergs er in en een duidelijke verwijzing naar jou, open en bloot ligt te liggen. Wat dat ergs zou kunnen zijn dat weet ik nog niet maar met een beetje moeite kan je dat wel verzinnen.
Opeens weet ik wat ik vergeet te zeggen tegen Vriendin. Onze Nederlandse vrouwen hebben gelijk gespeeld tegen Canada. Iets waar niemand wakker van ligt maar een boodschap waar je mij mee wakker kan maken zodat ik een beetje glimlach op de vroege morgen. Vriendin ook, ik weet het zeker. Terwijl het niets van ons is, niemand die wij kennen, geen nichtje dat meedoet of een verre kennis. Gewoon een vrouwenvoetbalteam.
Er komt een oude man me tegemoet. Hij sjokkend joggend in zijn zwarte korte broek. De hele winter niet gezien maar hé, hij leeft nog, denk ik blij. Hij groet mij een goedemorgen en ik groet glimlachend terug. In mijn fantasie, keer ik en fiets met hem mee en vraag wie hij is, waar hij woont en zeg hem dat ik zo blij word van zijn goedemorgen. Maar één ding tegelijk deze dag. Er fietst iemand voorbij, ook met een accu en ik denk, pff, ik fiets gewoon rustig jongen, moet jij ook eens doen. Mijn benen beginnen als vanzelf harder te trappen maar ik knijp in de rem. Wat een lessen om te leren.