Als de tijd rijp is

Ik zag een interview met schrijver Ronald Giphart. Zijn nieuwste boek ‘Alle tijd’ gaat over vriendschap. Ter sprake komt hoe diep vriendschap kan zijn maar dat je ook een vriendschap ‘uit kan maken’. En dat die pijn niet heel veel anders is dan een gebroken relatie met je partner.

Ik kan dit alleen maar beamen. Relaties en intense vriendschappen werden verbroken en in de meeste gevallen was de pijn hartverscheurend.

Meer dan dertig jaar geleden gaf ik samen met W. yogalessen in haar studio. Onze vriendschap was groot en heftig. Jaren volgden van alles delen met elkaar, meer dan ik ooit gedaan heb met iemand vermoed ik nu met terugwerkende kracht. De man van W. was altijd dichtbij maar op afstand van onze vriendschap.

Liefde doet pijn

Er zijn veel dingen gebeurd in die tijd. De meesten ben ik vergeten maar de kern is dat we elkaar hebben gekwetst. Onze vriendschap kwam tot een pijnlijk einde. Zij verhuisde met man naar Frankrijk en ik had in mijzelf vooral heel veel dingen te doen.

Zo’n jaar of drie geleden liepen we elkaar tegen het lijf op de Hondendijk in Monster. Zij, man en hond en ik gelukkig ook met hond. Dan kun je ergens over praten. En terwijl de jaren verstreken is zij niet veranderd. Natuurlijk, ouder geworden maar haar stem, haar grapjes, alles is hetzelfde. We komen elkaar daarna een paar keer tegen en zwaaien dan. Ze vertelt me een keer dat zij in Rijswijk wonen. Grappig, wij verhuizen net naar Rijswijk.

Toeval?

Gisteren laten Vriendin en ik onze hond Ami uit. We nemen een iets andere route. De hele weg ben ik vooral bezig om andere honden uit de weg te gaan want onze lieverd is geen allemansvriend. Er stapt een man uit de auto met een drukke hond. Ik stel voor aan Vriendin om over te steken om de confrontatie tussen de honden uit de weg te gaan. De man kijkt op en kijkt nog een keer. Hij zwaait. Dan zie ik pas wie hij is. De partner van W. We lopen naar elkaar toe en beginnen onhandig en verlegen een gesprek. Hij wijst waar ze wonen. ‘Zal ik haar even roepen’, zegt hij. Ik schud mijn hoofd.

‘Kom anders even mee’. Ik zeg nee en mompel wat dingen van ‘geen tijd, moeten weg en andere onzin’. Hij kijkt mij zo vriendelijk en oprecht aan dat ik toch  ‘ja’ zeg. Als hij de sleutel omdraait en haar roept komt ze aangelopen. We zoenen elkaar, er wordt koffie gezet en we zitten even later in hun woonkamer. Ami is er bij gaan liggen.

Het is ongemakkelijk maar ook weer niet. Het is onbekend maar ook weer zo vertrouwd. We spreken over ‘nu’ want we hebben heel veel jaren gemist van elkaar waar we niets over te zeggen hebben. Ons bezoek duurt een half uur. We staan op en ze lopen mee naar de deur. Hoe zeggen we gedag? Ik aarzel en steek halfslachtig mijn hand op als groet. Zij loopt naar mij toe en geeft mij drie zoenen waarna ik, nu dapper, haar man gedag zoen.

Verwonderd en blij

Ik loop anders terug naar huis. Verwonderd over de ontmoeting en met de vaste overtuiging dat je elkaar weer tegenkomt als de tijd rijp is. En of dit stap 1 is of de enige stap? Het is goed.

 

Laat een reactie achter

Deel dit met jouw vrienden