Zo ongeveer zag het eruit na de nederlaag van 3-0 tegen Excelsior. Ook Rotterdam, ja. Waar iedereen al klaar was voor het feest van het jaar, waar vlaggen werden gehesen, pleinen schoongeveegd, speeches voorbereid… verloor Feijenoord.
Het kan nog natuurlijk. Het kan echt nog. Volgende week in een kolkende Kuip. Het kan nog.
Maar net zo goed, kan het ook niet. Ik wil er nog niet aan denken. Gisteren voelde het al zo pijnlijk en dan ben ik nog een schouderophalende fan. Maar de echte fan, die kan vandaag niet werken. Die is ziek en heren bedrijfsartsen: ze zijn echt ziek.
Bloed, zweet en tranen
Dat is toch het lied dat bij Rotterdam hoort. Ik schreef een paar weken geleden al dat ik niet begreep dat voetbal zo het beest kan losmaken in de mens maar inmiddels heb ik bijgeleerd. Voetbal is geen sport of spelletje. Voetbal is de Stad. Voetbal is die man of vrouw. Feijenoord zit in de genen en is er ook niet uit te rammen. Je kan niet kiezen voor andere genen. En een echte Rotterdammer wil dat ook niet. Ze willen gewoon een keertje winnen.
Thuis
Wij vertrokken gisteren vanuit Vinkel naar Den Haag. Besloten om de voetbalwedstrijd niet te blijven kijken. En achteraf was dat een goed besluit. Want in Vinkel woont een Ajax-supporter, getrouwd met een Feijenoord-supporter. Ajax pest graag maar zolang er met ons (Feijenoord) niet zo veel kon gebeuren, laten we de grappen van ons af glijden. Dat had gistermiddag niet gekund. Dat weet ik zeker.
Feest
En deze week hebben we het songfestival, Ajax in de halve finale en als slotstuk, Feijenoord in de Kuip.
Als we het bij alle drie de evenementen goed doen, stel je dat eens voor, dan is Nederland voor even gezamenlijk blij. Ik wil dat wel eens meemaken. Zo’n feestje.