Gisteren gaf een hele lieve collega, die eigenlijk altijd heel direct is, zoekend naar woorden, haar mening over mijn woonsituatie. We spraken over nieuwe koelkasten, wensen, verbouwingen en ik gaf aan daar niet mee bezig te zijn. Ik ben wel te porren voor een leuk appartement ergens. Wel heel groot, en hoog, en een mega terras natuurlijk (dus dat kan ik vergeten).
‘Maar’, zei Collega, ‘zou je niet uh, hoe zal ik het zeggen, in een meer inspirerende omgeving willen wonen’? Ik begin over ‘rust’, ‘vogeltjes horen fluiten’, ‘stilte’, ‘hondenparkje’.
Later denk ik er over na. Nee, inspirerend kan je mijn woonwijk niet noemen. Nergens, ook niet als je vijfhonderd meter verder loopt. Het is eigenlijk de meest saaie wijk die je kan vinden in Den Haag. Hier gebeurt niets. Niets vervelends, niets interessants. Straten en huizen zijn dezelfde. Woningen gebouwd rond 1980, toen er heel veel huizen nodig waren, dus dicht op elkaar. En ik heb bijna in elke wijk gewoond die ik ken in Den Haag. Weet van drukte, van uitgaan om de hoek, van winkelen aan de overkant, van politie in de straat, van drugsgebruikende buren, van blote vrouwen voor het raam. Hier, zie je dat niet. Nog geen mus valt er dood van het dak. En toch, en toch, en toch. Ik woon hier zo graag.
Als ik alleen zou zijn, dan zou dit mijn keuze niet zijn. Nee, dan zoek ik gemak op loopafstand. Dan zoek ik vertier waar ik alleen maar mijn armen hoef uit te strekken. Dan wil ik mensen om me heen. Leven. Maar samen met Vriendin is dit ons huis. Zodra we de deur opendoen en we elkaar na een dagje werken weer tegen komen, zijn we blij met elkaar, met Ami, met hoe we mogen en kunnen leven. Want hier in huis gebeurt het. Hier is binnen wat ik vroeger buiten zocht. En Vriendin liet een heel leuk huis achter toen we samen gingen wonen, in een super leuke wijk in Den Haag en heel soms hebben we daar wel spijt van. Omdat het dan nog leuker was geweest. Maar eigenlijk kan dat niet eens. Nog leuker. Dat heeft gelukkig, niets met onze wijk te maken. Onze wijk bestaat niet eens. Dus ik begrijp haar wel, mijn lieve collega.