Onze hond wordt oud. Deze maand wordt hij veertien en dat is voor hondenbegrippen gewoon een respectabele leeftijd. Net zoals bij mensen moeten ook ouder wordende dieren iets inleveren. Eerder moe, veel slapen, staar, en een beetje dovig. Wat zeg je? Een beetje dovig.
Bas hoort wel geluiden maar weet niet waar ze vandaan komen. Als Vriendin thuis komt en Bas met zijn kont naar haar toestaat moet ze blijven roepen om te zeggen dat ‘vrouwtje thuis is’. Bas spits zijn oren, kijkt om zich heen en is alert maar draait zich geen moment om naar de goede richting. Wijzen heeft bij een hond geen zin maar ik geef toe dat ik herhaaldelijk zeg: ‘daar lul’.
Bas is bang voor onweer en bliksem. Hij trilt over zijn hele lijf en wordt een heel zielig jongetje. Nu niet meer. De klappen van gisteren, de lichtflitsen die onze kamer oplichten, het doet hem niets meer. Blij kwispelend staat hij voor ons. Als een jonge god, voor de dooie dood niet bang.
Dat hij het allemaal niet meer hoort vertellen we hem niet. Dat is niet goed voor Honds Eigenwaarde.