Het stationsplein in Lille. Soms vol, soms leeg. Beide momenten zijn imponerend. Vanaf het terras op de zevende verdieping van het hotel kijk ik geboeid naar wat er komt, gaat en blijft.
We kenden Lille vooral als de stad die we passeren onderweg naar verdere bestemmingen. Dat er achter Lille een prachtig leven schuilgaat hebben we een beetje mogen ervaren de afgelopen dagen. Een stad zoals een oude stad moet zijn: mooi door alle tegenstellingen.
Culturen
Nog nooit zoveel verschillende culturen door elkaar gezien. Mensen van alle kleuren, in alle variaties van ‘rijkdom’ en ‘armoede’, van doelgericht tot doelloos. Vooral de doellozen trokken mijn aandacht.
Bij een station is het verschil goed te zien. Zij die ergens heen gaan, zij die nergens heen gaan. Die ergens heen gaat lopen met een stevige tred richting werk of andere ‘belangrijke’ zaken. Zij die nergens heen gaan lopen heen en weer, nemen een slok uit een papieren zak, schreeuwen wat naar elkaar of naar niemand in het bijzonder of zitten zwijgend in hun eigen wereld op een stoepje. Soms komt er iemand naast hem of haar zitten en zwijgen ze samen.
Honden
Zwervers. Als wij ergens in de stad op een terras zitten bij een drukke straat valt een groepje zwervers op. Een man zakt vlak bij ons door zijn knieën en blijft onbeweeglijk zitten. De papieren zak brengt hij geregeld naar zijn mond. Aan de overkant staan drie anderen. Een hond loopt elke keer van het groepje naar de man en laat zich elke keer aaien. De hond ziet er goed en vrolijk uit. Bijna elke zwerver heeft een hond. Hoe hebben ze elkaar gevonden? En hoe blijft de hond in leven? De honden zien er beter uit dan hun baasjes dus er wordt voor hen gezorgd. Ik zie een man leunend tegen de muur. Op zijn kleedje snuffelt een konijn aan een krop sla.
Regelmatig worden we aangesproken door mannen en vrouwen die iets van ons willen hebben We verschuilen ons achter een ‘je-ne-comprends-pas-blik’ en schamen ons even later over ons gedrag. We lopen achter een gezin die het duidelijk niet rijk heeft. De man sloft op versleten sandalen, de kinderen dragen kleding met gaten, de moeder heeft een deken om zich heen geslagen. Ze lachen samen. Het ontroert me.
Doelgericht doelloos
Ondanks het grote verschil tussen hen die ergens heen gaan en zij die schijnbaar nergens heen gaan betrap ik me op de gedachte dat het één niet zoveel beter is dan het andere. Om te ontkomen aan de grote verveling stellen we doelen. We werken, verdienen geld, kopen huizen en auto’s, zitten op terrasjes en ‘genieten’. Sommigen kennen de grote leegte daaronder. Bij de zwervers zien we het. Open en bloot. Confronterend is het. Wat we zeker gemeenschappelijk hebben is de behoefte aan liefde. Een hond, een konijn. Je liefde kunnen geven is misschien nog wel belangrijker dan ontvangen. Dat je er toe doet voor een ander.
Het maakt me triest. Hoe drommen mensen zich en weg wanen door een stad en niet eens zien wie er links en rechts uitgebonjourd zijn. We stappen over de slapende man heen alsof het een losliggend steentje is. Een ongemak waarmee we liever niet geconfronteerd willen worden. Een ongemak wat jou of mij ook had kunnen overkomen als niet…
1 reactie
Bijzonder mooie observaties. Hoe doelgericht onze handelingen ook zijn, ze kunnen net zo goed doelloos eindigen. En doelgericht kan ook inhoudsloos zijn, terwijl doelloos heel betekenisvol kan zijn. Tja, ik ben aan het denken gezet.