Dit wordt week zes dat ik niet rook. Na veertig jaar non-stop roken, van direct na het opstaan tot direct voor het naar bed gaan, was dat het liefste dat ik deed.
En nu wordt ik de hemel in geprezen omdat ik niet rook. (De hemel is niet echt een fijne beeldspraak in dit verband). En ik voel met niet trots. Omdat het gewoon makkelijk gaat. Tot dat ik gisteren merk dat ik het nu wat lastiger ga vinden.
Ik denk er over na en realiseer me dat het onzin is. Dat ik nu in week zes al zoveel verder ben dan in het begin, maar het voelt niet zo. Ik weet nu wat het is. Ik doe al vijf weken lang alsof ik niet rook. Alsof ik een niet-roker ben. Doen alsof.
Het betekent niet dat ik weer ga roken. Maar het drukt me wel met de neus op de feiten. Ik blijf een roker tot dat het gevoel van ‘doen alsof’ er niet meer is. En zolang ga ik er mee door.
Dat houdt dus eigenlijk in dat ik niet meer ga roken.
Okee. Deal.
3 reacties
Ik doe lekker met je mee: acteren dat we niet-rokers zijn! Maar echt, daar word je goed in. Ik heb het tenslotte 19 jaar lang volgehouden. Hoewel ‘volgehouden’ niet het juiste woord is. Ik wàs ook echt een niet-roker. Tot die ENE voor de gezelligheid …
Dat helpt echt. Verhalen van ex rokers die blij zijn!!
Ik heb van mijn 14e tot ik 41 was stug zware shag gerookt.
Op 1 april 1979 ben ik gestopt. Ja hoor, in het begin ging het gemakkelijk. Ik was beretrots. (en ik gaf ook nog een goed voorbeeld)
Daarna heeft het een jaar geduurd voor het me niets meer kon schelen of ik in een ruimte kwam waar gerookt werd, (toen mocht je nog; en werd er overal gerookt)
Een schrale troost, maar…. ik heb er al 34 jaar plezier van.
Dus volhouden!