Mijn nacht verliep rusteloos. Van wakker naar slapen. Van uit bed gaan naar weer terug in bed. Terwijl ik me omdraai, het dekbed van me afwerp en weer over mijn hoofd trek, hoor ik plotseling vogels fluiten. Een lieflijk ontwaken van een ochtend bijna als een geruststelling.
Waarschijnlijk is het bij jullie niet anders. Leven tussen hoop en vrees, tussen berusten en onrust. Eigenlijk hardop willen vloeken en zachtjes willen huilen. Het liefst tegelijk. Ik lees berichten van allerlei artsten die me bang maken. Ik lees berichten van artsen die me geruststellen. Ik zag Rutte zonder glimlach en dat beviel me. Want er valt niet zoveel te lachen op dit moment. En dan ben ik nog gezegend met geen directe confrontatie met deze ziekte en de gevolgen.
#ICannotStayAtHome, I’mANurse!
Op Facebook zie ik een nieuwe profielfoto van een vriendin die zich al jaren de benen uit het moede lijf loopt in de verpleging. Een hashtag die je moet verdienen en zij verdient het. En met haar al die mensen in de zorg die voor ons en onze geliefden zorgen.
De behoefte is groot om met hen te zijn die je dichtbij wilt hebben. Een omhelzing die niet gegeven mag worden. Kunnen we varianten bedenken om elkaar lief te hebben zonder ziek te worden? Zijn woorden toereikend? Ik ben geen aanrakerig type maar juist nu is mijn hugbehoefte groter dan ooit. We hoeven elkaar niet te kennen maar we herkennen de bliken in onze ogen. Gewoon elkaar vasthouden, niets zeggen maar samen ademhalen. Liefde als medicijn. Daarvan is er gelukkig genoeg.
Zonder ons groeit en bloeit het nog
Dat de vogels fluiten alsof het een gewone dag is, de eerste knoppen ontluiken en de bomen weer blaadjes krijgen. Daar zijn wij niet voor nodig.
Gisteren las ik een pijnlijk scherp blog van Sylvia Witte. Over hoe de natuur het met ons gehad heeft. Dat zij, de natuur, ons nu even bij de lurven pakt, een lesje leert.
Ik hoop dat we lessen leren, dat ik lessen leer. Dat het virus zich even gedeisd houdt en wij pas op plaats maken. Dat we mooie dingen gaan doen, lief zijn voor de natuur, voor de beesten, voor het milieu, voor elkaar.
In tijden van verlies beseffen we allemaal waar het eigenlijk om zou moeten gaan in het leven. Zorg, liefde, aandacht. Maar ons geheugen is kort. Verleidingen buiten onszelf dringen zich op. Wat ik nu leer in de dagen die geweest zijn en die ongetwijfeld nog gaan komen, is dat ik niet zoveel nodig heb aan materiele zaken. Met een gevoel van berusting dat nieuw is voor mij, kan ik laten wat niet kan en dat geeft rust. Bijna alsof mijn hersens gereset zijn.
Met ons groeit en bloeit het nog. Dat zou het moeten zijn. Jij en ik. Wij, samen.
1 reactie
We zijn met ons allen in een verplichte ‘retraite’ beland. Inderdaad, tijd om ons te bezinnen over wat werkelijk belangrijk is.