Zo aan het einde van een jaar, kijk je soms vanzelf terug op het jaar dat geweest is. Wat was het voor een jaar? Wat won je, wat verloor je? De balans opmaken heet dat, al klinkt dat voor mij te zakelijk.
De balans opmaken is niet anders dan turven hoe vaak ja en hoe vaak nee. En ‘ja’ en ‘nee’ kan voor alles staan. Voor gezondheid en ziekte, leven en dood, doorgaan of stoppen, euro’s of geen euro’s.
Ben je zelf in balans? Dat is een heel ander verhaal. Ben je in balans met de wereld om je heen maar meer nog, in balans met jezelf. En kun je tegen een stootje als je even uit balans wordt gebracht? Gisteravond zei ik tegen Vriendin dat wij een jaar geleden geen idee hadden dat ik/wij voor mezelf zou beginnen. Stoppen met werken. Zomaar ontstond het idee, werd uitgevoerd en nu zit ik bijna drie maanden later mijn eigen functioneringsgesprek te voeren. Mijn balans is beter dan ooit. Ik kom toe aan dingen waar ik nu eindelijk tijd voor heb. Schrijven, schrijven, schrijven. Ik ben productiever dan ooit, bijna dagelijks rolt er een liedtekst of iets anders schrijverigs uit mijn tikkende vingers. Ik heb tijd om na te denken over wat ik wil schrijven, vertellen en dat is een luxe waar ik echt dankbaar voor ben.
Ga ik / wij het hier mee redden? Geen idee. Maar voorlopig voel ik me beter dan ooit in mijn eigen wereld. Volgend jaar zal de balans opmaken minder vrijblijvend zijn. Maar tot die tijd balanceer ik beter dan ooit op één been.