Gisteravond ging ik een wijntje doen met twee leuke colleg’a/vriendinnen. Twee expressieve types, met paarse haren, cowboyhoed en rode lippen, kortom niet helemaal onopvallend. Zet mij daar bij, dan is dat niet helemaal de combi die je zou verwachten.
We hebben gesprekken over hoe we doen (alsof), zijn (alsof) en hoe we ons presenteren. Het grappige is dat we constateren dat als we onze buitenkanten weg zouden halen, onze binnenkanten niet zo heel anders zijn. Dat ik diep van binnen ook die bitch kan zijn die zij kunnen zijn. Dat zij diep van binnen net zo onzeker en kwetsbaar kunnen zijn als ik kan zijn.
Dus misschien verschillen we allemaal niet zo veel als je in eerste instantie zou vermoeden. Dat vind ik een geruststellende gedachte en dat brengt me weer bij iets wat ik eigenlijk al zo lang weet maar ook weer snel kan vergeten.
Dat het uiteindelijk allemaal om de liefde draait.
Om warmte, om veiligheid, om samen zijn en er mogen zijn.