Door de zelfmoordaanslagen in Brussel vraag je je toch af waarom het leven zo weinig waarde heeft voor iemand die zich opblaast. We horen veel over ‘martelaarschap’. Ook in het Christendom wordt gesproken over martelaren maar dat zijn mensen die sterven, gedood worden, om hun standvastige geloof. Daar hebben we dan bewondering voor.
In de Islam is dat anders. Het is veel te kort door de bocht, excuus, maar het verhaal van de beloofde 72 maagden in het paradijs, na een martelaarsdood te zijn gestorven, spreekt tot de verbeelding. Maar mocht dit waar zijn, mocht het feit dat het kunnen hebben van seks met 72 vrouwen je over de streep trekt…, zoek dan lekker hier die maagden. (Ik ga er voor het gemak maar van uit dat die maagden alleen voor de mannen zijn. Wat wordt de vrouwen trouwens beloofd als zij sterven voor het geloof?)
Het gaat om veel meer dan 72 maagden natuurlijk. Het is de overtuiging te willen en moeten sterven voor het enige juiste geloof, het is de beloning in welke vorm dan ook. Wie wil er geen paradijs?
In elk discussieprogramma, waarmee we weer overvoerd worden deze dagen, blijkt vooral hoe volkomen machteloos we staan tegenover deze onmenselijkheid.
Waar halen we de argumenten vandaan om hen te weerhouden hun leven te offeren en belangrijker, de levens van onschuldige mensen?
Hoe krijgt het leven op aarde dezelfde, of meer waarde, dan het leven in het ‘paradijs’? Gisteravond hoorde ik een, weer tot bezinning gekomen ‘strijder’, vertellen over de indoctrinatie, de filmpjes, de brainwash. Hij kwam weer met zijn voeten op aarde door ‘liefde’. De ogen van een blanke, vrouwelijke chirurg die hem hielp zijn kanker te bestrijden. Echt kanker, niet de kanker van haat.
Maar liefde dus. Wat anders?